14 december 2015
Cliëntenondersteuning (WMO) in Neder-Betuwe goed geregeld
De gemeente heeft de taak de ondersteuning van cliënten die ondersteuning nodig hebben goed te organiseren en kan daarbij – afhankelijk van de hulpvraag – verschillende vormen van ondersteuning inzetten. In veel gevallen zal de burger die ondersteuning nodig heeft het prettig vinden als een familielid, een goede vriend of iemand van de kerkenraad bij het keukentafelgesprek aanwezig is. De gemeente vindt het ook fijn als de mantelzorger aanwezig is, maar als dat niet aan de orde is kan de gemeente ook besluiten gebruik te maken van ondersteuning door bijvoorbeeld cliënten- en familieorganisaties, lotgenotencontacten en ervaringsdeskundigen. De gemeente heeft dus beleidsruimte in de wijze waarop de ondersteuningsfunctie wordt vormgegeven. Het is van groot belang dat de persoonlijke voorkeuren van de betrokken cliënten in de afweging worden betrokken. In onze gemeente is het meestal de organisatie MEE die de burger bijstaat, als dat nodig is. Het College heeft een verordening aan de gemeenteraad voorgelegd, waarin was vastgelegd dat alleen MEE voor deze diensten een subsidie kan aanvragen. De SGP heeft voorgesteld dit te verruimen naar elke andere organisatie die zich bezig houdt met het adviseren van burgers die ondersteuning nodig hebben in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Het amendement werd unaniem aanvaard. Het is nu dus mogelijk dat een organisatie als Helpende Handen ook een aanvraag indient, in het geval dat bepaalde cliënten deze organisatie in de arm wil nemen.